Osteopathie is een manuele geneeswijze die zich richt op het vinden en behandelen van functiestoornissen in de mobiliteit van gewrichten en weefsels in het algemeen. Het doel van osteopathie is de gezondheid van de patiënt te optimaliseren.
Een osteopaat werkt tijdens de behandeling uitsluitend met zijn handen. Hij gebruikt geen medicijnen of apparaten. Hij of zij maakt los wat los moet zitten en helpt zo met (overwegend) zachte handgrepen het lichaam te herstellen. Hierdoor wordt het zelfgenezend vermogen van het lichaam aangesproken.
De behandelfrequentie bij osteopathie is meestal laag; een juiste aanpak zorgt ervoor dat het lichaam zelf weer in staat is om te herstellen. Het aanpakken van de kern (de oorsprong) van het probleem is bij osteopathie de sleutel tot genezing!
Onderzoek en Diagnose
Een osteopatisch onderzoek begint altijd met een uitgebreide anamnese. Hierin wordt niet alleen de actuele klacht in beeld gebracht, ook doet de osteopaat navraag naar de kwaliteit van de verschillende lichaamssystemen om te kunnen beoordelen of een patiënt veilig behandeld kan worden. Hij stelt bijvoorbeeld vragen over eventuele klachten in hart-, vaatsysteem, over eerdere behandelingen, medicijngebruik, onverklaarbaar gewichtsverlies of algehele malaise.
Daarna volgt een veiligheidsonderzoek, waarbij de osteopaat de verschillende systemen onderzoekt en kijkt naar bijvoorbeeld eventuele spierscheuring of fracturen, bloeddruk, reflexen, sensibiliteit en kracht. Ook wordt er onderzocht of er sprake is van slagpijn bij de nieren en hoe het is gesteld met de grootte en ligging van organen in het abdomen.
Indien geen contra-indicaties worden gevonden, continueert de osteopaat het osteopathisch bewegingsonderzoek. Daarbij wordt het hele lichaam onderzocht op beweeglijkheid. Het gaat de osteopaat dan om vastzittende gewrichten, spieren, gespannen ademhalingssysteem en middenrif, verminderde beweeglijkheid van centraal en perifeer zenuwweefsel, verhoogde spanning en verminderde rekbaarheid van het periviscerale bindweefsel. Dit onderzoek wordt geheel manueel uitgevoerd. De handen van de osteopaat zijn zo geoefend dat hij, naast de beweeglijkheid van alle grote en kleine gewrichten zoals wervelkolom, extremiteiten en schedel, ook de positie, vorm en beweging van de organen kan voelen.
In de osteopathische diagnose worden een of meerdere bewegingsbeperkingen aangegeven die de oorzaak vormen voor klachten in het lichaam. Abnormale functie zoals mobiliteitsverlies of overrek van klachtenveroorzakend weefsel is vaak het gevolg hiervan. Het behandelplan wordt individueel vastgesteld en voorgelegd aan betrokken patiënt. Desgewenst vindt ook overleg met huisarts of behandelend specialist plaats. Er worden binnen de osteopathie uitdrukkelijk geen medische diagnoses gesteld. Een osteopaat is geen vervanger voor de huisarts of specialist, maar werkt er juist mee samen. Indien nodig verwijst een osteopaat u dan ook door.
Osteopathie en andere manuele therapieën
Het verschil tussen een osteopaat en andere manuele therapeuten zoals een chiropractor, manueel therapeut of orthomanueel deskundige is dat de osteopathische benadering als belangrijkste kenmerk heeft dat het lichaam als één geheel wordt benaderd. De behandeling is niet alleen gericht op het herstel van beweeglijkheid van gewrichten en spieren, maar ook van andere lichaamsweefsels zoals het bindweefsel rondom organen en zenuwen. Klachten en symptomen worden in samenhang met het complete lichaam gezien. Door de gevonden beperkingen in beweeglijkheid niet alleen lokaal te bekijken, maar ook hun invloed op eventuele andere bewegingsbeperkingen in ogenschouw te nemen, kan de osteopaat compensatoire ketens ontdekken en behandelen.